Een prachtig CV
Als ik in gesprek gaan met mijzelf als sociale skill mag rekenen,
dan krijg ik tienduizend bonuspunten op mijn CV.
Dan word ik direct spokesperson van onze goedlachse Mark,
of nemen al mijn vriendinnen mij voortaan op dubbeldates mee.
Mijn interne dialoog is zó sterk dat de woordenstromen je, zonder dat je het doorhebt,
meelokken, meetrekken en meevoeren van de kust af.
Haar zachte golven omarmen je onwetendheid en kneden die zachtjes maar zeker,
zo’n goede massage die nog nooit iemand je gaf.
De woorden die in mijn hoofd rondzweven, vliegen, suisen, wezen,
kunnen met chirurgische precisie beschrijven wat ik voel.
Daarboven in mijn hoofd,
is het een doldwaze boel.
Klinkers dansen met medeklinkers en woordgroepen vieren feest.
De metaforen nog het meest.
Het synoniem giet op onjuiste wijze drie likeurtjes in één glas
terwijl het antoniem zich stilletjes afvraagt of dat de juiste keuze was.
Ik zou als iemand me vraagt wat me zoal bezig houdt deze weken, dagen, uren
een troonrede kunnen houden die tot de tweede dinsdag van september het jaar erop zou duren.
Zie hier: een 24-jarige uitmuntende vrouw die uitstekend kan verwoorden wat ze uitsluitend zeggen wil.
Sta bij die woorden nog maar even stil.
Maar dan ben jij daar. Je gezicht, je zijn, alles
ik heb je gemist.
Je lippen die vlot de mijne kussen blijken het startschot te zijn
van een wedstrijd waar ik het bestaan niet van wist.
Zonder dat ik het doorheb rennen mijn zo gekoesterde woorden zonder op of om te kijken de straat over.
‘Pas op met oversteken’ Of: ‘Kijk je wel uit?’,
wil ik als bezorgde ouder nog roepen,
maar de woorden die ik daar voor nodig heb blijken al ver vooruit.
Ik ben stil. In mijn hoofd dwarrelen nog een paar klinkers rond.
Het synoniem hangt misselijk over mijn fasciculus arcuatus.
Het antoniem zucht hoorbaar en zegt:
ik had gelijk dus.
Het wordt rustiger, de stromen nemen af.
Jouw aanwezigheid laat de woordengolven in mij zakken.
Er is geen vloed, maar ook geen eb
en het synoniem begint inmiddels naar adem te snakken.
Wat er gebeurt weet ik niet.
De woorden zijn vervlogen, hebben me in zekere zin voorgelogen
en ik hoop alleen dat ze me straks bij terugkomst
nog een klein beetje mogen.
Voor nu is het enkel de leegte die me vergezeld
En de voorgeprogrammeerde ja-en-amen wanneer jij iets vertelt.
Onze ogen ontmoeten elkaar. Je kijkt naar me. Ik kijk terug.
Ik voel een richte rilling over mijn rug.
En dan denk ik plotseling: als ik de open blik van mijn ogen als sociale skill mag rekenen,
dan krijg ik tienduizend bonuspunten op mijn CV.
Maar het uitleggen van hoe dat dan zit,
daar wacht ik nog even mee.
Deze column is geschreven door docerend theatermaker Vera Bonder en is onderdeel van de serie ‘De Makerscolumn’ die wekelijks hier verschijnt. Meer zien van Vera?